Noordgouwe,
Dorpskerk
Protestantse Kerk - Ring 1
- Orgeloverzicht -
Kerkgebouw
In 1462 werd de bouw van de huidige eenbeukige Dorpskerk te Noordgouwe
aangevangen. Voordien heeft hier waarschijnlijk al een houten kerk gestaan. De
kerk was eertijds gewijd aan de Heilige Driekoningen.
In 1840 werd het zuidertransept afgebroken ten behoeve van de bouw van een
schoollokaal.
Nadat de eerste plannen voor een restauratie in 1938 waren opgesteld kon als
gevolg van de oorlogsjaren pas in 1952 aan de realisatie van de eerste fase
worden begonnen. Als gevolg van de ramp van 1953 kon de restauratie pas in 1955
in zijn geheel worden uitgevoerd. De in 1867 aan de buitenzijde aangebrachte
laag van Portlandcement werd daarbij verwijderd en na afbraak van het
schoolgebouw werd het zuidertransept (eigenlijk meer een zijkapel zoals ook die
aan de noordzijde) weer opgebouwd.
Eerste orgel
In 1879 werd een nieuw harmonium met een schijnfront in de Dorpskerk te
Noordgouwe in gebruik genomen.
Mogelijk is dit instrument in 1910 vervangen door een pedaalharmonium.
In 1926 werd voldaan aan de wens van de organist van de kerk, de heer Bakker, om
het in gebruik zijnde harmonium te vervangen door een pijporgel. Wegens de
geringe financiële ruimte werd via de fa. Dekker te Goes een bestaand orgel
gekocht, aangeboden door de Orgelfabriek P. van Dam te Leeuwarden. Het
instrument was afkomstig uit de Gereformeerde Oosterkerk te Harlingen en werd
gebouwd door L. van Dam te Leeuwarden. Het werd in de Harlingse kerk in gebruik
genomen op 24 juli 1871.
De oorspronkelijke dispositie van het Van Dam-orgel (1871): |
||||
Manuaal: |
|
Pedaal: Aangehangen |
|
|
Overige gegevens: |
|
|
In 1926 werd de kerk te
Harlingen gesloten omdat, ter vervanging van deze en een andere Gereformeerde
Kerk in Harlingen, één grotere kerk werd gebouwd. In deze nieuwe kerk (die in
2004 afbrandde) kwam een groter orgel, ook van Van Dam. Het orgel uit de
Oosterkerk werd voor f1.785,- verkocht aan de Hervormde Gemeente te Noordgouwe.
Het werd aldaar in gebruik genomen op 27 maart 1927.
Bij de plaatsing in Noordgouwe werd besloten om op één van de twee gereserveerde
slepen voor f182,- een Aeoline 8' te plaatsen (de andere sleep was bestemd voor
een Trompet 8').
De dispositie van het Van Dam-orgel (1871) vanaf 1927: |
||||
Manuaal: |
|
Pedaal: Aangehangen |
|
|
Overige gegevens: |
|
|
In verband met de aan te
vangen restauratiewerkzaamheden van de Dorpskerk te Noordgouwe werd het orgel in
1952 gedemonteerd en opgeslagen bij de fa. Van Vulpen.
Als gevolg van de overstromingsramp van 1953 werden de werkzaamheden aan kerk en
dus ook het orgel vertraagd.
Foto ©: Collectie P. Sevestre
Huidig orgel
Toen omstreeks
1970 herplaatsing aan de orde kwam - in die tussentijd behielp men zich met een
harmonium - bleek het binnenwerk van het orgel in een dermate slechte staat te
verkeren, dat men besloot alleen de kas te herstellen en daarin door de gebr.
Van Vulpen een nieuw orgel te laten installeren. Alleen de frontpijpen van de
Prestant 8' zijn nog van Van Dam. Het orgel kwam in 1972 gereed en werd op 20
oktober van dat jaar in gebruik genomen.
De dispositie van het Van Vulpen-orgel (in van Dam-kas) (1972): |
||||
Manuaal: |
|
Pedaal: Aangehangen |
|
|
Overige gegevens: |
|
|
Geraadpleegde bronnen
Stemmen voor waarheid en vrede, 1879, II, blz. 182.
De Harp, 1927, blz. 6.
"De Mixtuur", nr. 11 (oktober 1973) ,blz. 201.
"Het Orgel", 1926/27, blz. 28; april 1993, blz. 120.
Mededelingenblad Stad en Lande, nr. 94 (februari 1999, blz. 4-9.
Zie ook de literatuurlijst met betrekking tot Schouwen-Duivelandse orgels van P. Sevestre
Informatie en foto's op deze pagina, tenzij anders vermeld: P. Sevestre