Dorpskerk
Kerkgebouw
In 1678 werd in Driewegen een kerk gesticht dor de tweelingbroers Fredericus en Emmericus van Watervliet. Het kerkgebouw is een zaalkerk en een fraai voorbeeld van 17e eeuws Hollands classicisme.
Op zondagavond 11 mei 1687 werd Driewegen opgeschrikt door een moord... De jonge ds. Nicolaas van de Velde werd in zijn huis doodgeschoten door zijn collega ds. Jacobus de Cliever uit het nabijgelegen ’s-Heerenhoek. Deze was erg jaloers dat veel van zijn gehoor op zondag naar Van de Velde gingen luisteren en hij besloot de Driewegense predikant uit de weg te ruimen. Hij wachtte na zijn daad zijn vonnis echter niet af, maar nam vergif in...
In 1914 werd de kerk gerestaureerd onder leiding van architect Sterk uit Schore. Dit werk werd uitgevoerd door aannemer J. de Muijnck uit Driewegen. De kerk werd hierbij van een gewelf voorzien en aan weerszijden van de ingang werden ramen aangebracht.
De torenklok uit 1735 werd in de Tweede Wereldoorlog door de Duitse bezetters in beslag genomen, maar gelukkig 1945 teruggevonden te Groningen. In 1985 is de dorpskerk te Driewegen gerestaureerd door architectenbureau Rothuizen & ’t Hooft.
Eerste orgel
Als onderdeel van de kerkrestauratie in 1914 werd een orgel in de dorpskerk te Driwegen geplaatst. Het instrument werd geleverd door de firma Dekker uit Goes. Het orgel had 8 stemmen op één manuaal en aangehangen pedaal.
Hoofdwerk: bourdon 16d, prestant 8, holpijp 8, octaaf 4, fluit 4, quint 3, fluit 2, cornet IIId, tremulant
Pedaal: aangehangen
In 1965 werd een windmotor geleverd door A. Nijsse te Oud-Sabbinge.
In 1982 werd het Dekker-orgel gerestaureerd door A. Nijsse & Zoon. Hiermee was een bedrag gemoeid van f6.000,-
Overige gegevens:
Manuaalomvang: C-f’’’
Pedaalomvang: C-f’
Stemming: evenredig zwevend
Toonhoogte: a’ = 440 Hz
Tractuur: mechanische sleepladen
Huidige orgel
In de jaren 1992/1993 bouwde Wim Vreeke, organist van de Dorpskerk in Driewegen, een nieuw orgel achter het front van het voormalig Dekker-orgel uit 1914. Dit nieuwe orgel is samengesteld uit allerlei oudere onderdelen. De windlade van manuaal I en de speeltafel komen uit Asperen, de tweede windlade komt uit Groningen. De Roerfluit 8’, Fluit 4’, Quint 2 2/3’ en Schalmey 8’ van manuaal I komen uit het Dekker-orgel uit 1911 in de Gereformeerde Kerk te Yerseke. De Prestant 8’ van manuaal II komt uit het Standaart-orgel van de Gereformeerde Kerk te Nieuwdorp en de Subbas 16’ op het pedaal is afkomstig van het Spiering-orgel uit 1928 in de Dorpskerk te Heinkenszand. Ook pijpwerk uit het Dekker-orgel in de voormalig Gereformeerde Kerk te Driewegen is gebruikt. De rest van het pijpwerk komt van de firma Steendam. De dispositie van dit 'Vreeke'-orgel is:
Hoofdwerk: prestant 8, roerfluit 8, octaaf 4, quint 2 2/3, octaaf 2, terts 1 3/5, mixtuur II-III, schalmey 8, I/II
Manuaal II: prestant 8, holpijp 8, fluit 4, nasard 2 2/3, woudfluit 2
Pedaal: subbas 16, gedekt 8 - unit, P/I, P/II
Overige gegevens:
Manuaalomvang: C-f’’’
Pedaalomvang: C-f’
Stemming: evenredig zwevend
Toonhoogte: a’ = 440 Hz
Tractuur: mechanische sleepladen
